2.2.3 Algemene overwegingen bij het starten en stoppen van benzodiazepines

Inhoudsopgave

• Voorwoord
• Redactie en auteurs
• 1. Inleiding in de psychofarmacologie
  • 1.1 Inleiding
  • 1.2 Farmacokinetiek
    • 1.2.1 Absorptie en toedieningsvormen
    • 1.2.2 Verdeling over het lichaam (distributie)
    • 1.2.3 Metabolisme
    • 1.2.4 Uitscheiding
    • 1.2.5 Bijzondere patiëntengroepen
    • 1.2.6 Interacties
    • 1.2.7 Bloedspiegelbepaling of therapeutic drug monitoring
  • 1.3 Farmacodynamiek
    • 1.3.1 Receptoraffiniteit en klinische effecten
    • 1.3.2 Antagonisten, agonisten en partiële agonisten
    • 1.3.3 Receptorsystemen die van belang zijn voor psychofarmaca
    • 1.3.4 Bijwerkingen
    • 1.3.5 Bijzondere patiëntengroepen
    • 1.3.6 Stoppen met psychofarmaca
  • 1.4 Farmacogenetica
  • Literatuurlijst hoofdstuk 1
• 2. Benzodiazepines
  • 2.1 Indicaties
    • 2.1.1 Algemeen
    • 2.1.2 Slaapstoornissen
    • 2.1.3 Angst en spanning
    • 2.1.4 Alcoholdetoxificatie
    • 2.1.5 Katatonie
    • 2.1.6 Delier
    • 2.1.7 Acute opwinding/agitatie
    • 2.1.8 Overige indicaties
    • 2.1.9 Geen indicatie voor benzodiazepines
  • 2.2 Benzodiazepines
    • 2.2.1 Welke benzodiazepines zijn er?
    • 2.2.2 Keuze van een specifiek benzodiazepine
    • 2.2.3 Algemene overwegingen bij het starten en stoppen van benzodiazepines
  • 2.3 Keuze bij specifieke indicaties
    • 2.3.1 Slaapstoornissen
  • 2.4 Bijwerkingen
    • 2.4.1 Algemeen
    • 2.4.2 Centraal zenuwstelsel
  • 2.5 Afhankelijkheid en afbouwen van benzodiazepines
    • 2.5.1 Afhankelijkheid en tolerantie
    • 2.5.2 Onttrekkings- en reboundverschijnselen
    • 2.5.3 Afbouwen van benzodiazepines
  • 2.6 Interacties en intoxicaties
    • 2.6.1 Interacties
    • 2.6.2 Intoxicaties
  • 2.7 Speciale groepen
    • 2.7.1 Ouderen
    • 2.7.2 Kinderen en jeugdigen
    • 2.7.3 Zwangerschap en lactatie
  • 2.8 Samenvatting
  • Literatuurlijst hoofdstuk 2
• 3 Antidepressiva
  • 3.1 Indicaties
    • 3.1.1 Algemeen
    • 3.1.2 Stemmingsstoornissen
    • 3.1.3 Angststoornissen, obsessief-compulsieve stoornis (OCS) en posttraumatische stressstoornis (PTSS)
    • 3.1.4 Overige indicaties
  • 3.2 De middelen
    • 3.2.1 Indeling
    • 3.2.2 Werkingsmechanisme
    • 3.2.3 In het buitenland geregistreerde antidepressiva en nieuwe ontwikkelingen
    • 3.2.4 Bijwerkingen en receptoraffiniteit
  • 3.3 Algemene behandelprincipes (depressie en angst)
    • 3.3.1 Is behandeling aangewezen?
    • 3.3.2 Farmacotherapie, psychotherapie of combinatiebehandeling?
    • 3.3.3 Algemene principes bij de keuze van een antidepressivum
    • 3.3.4 Contra-indicaties
    • 3.3.5 Suïciderisico en mogelijke interventies
    • 3.3.6 Comorbiditeit tussen depressie en angst
    • 3.3.7 Somatische oorzaken van depressies en angststoornissen
    • 3.3.8 Somatische comorbiditeit
    • 3.3.9 Somatische controles voorafgaand aan en tijdens de behandeling
    • 3.3.10 Toedieningsweg
    • 3.3.11 Dosering
    • 3.3.12 Doseringsfrequentie
    • 3.3.13 Opbouwschema’s
    • 3.3.14 Bloedspiegels
    • 3.3.15 Comedicatie
  • 3.4 Depressie
    • 3.4.1 Start van de behandeling
    • 3.4.2 Vervolgbehandeling
    • 3.4.3 Therapieresistente depressie
    • 3.4.4 Stoppen met antidepressiva bij depressie
    • 3.4.5 Integratie met andere behandelvormen
  • 3.5 Angststoornissen/OCS/PTSS
    • 3.5.1 Start van de behandeling
    • 3.5.2 Vervolgbehandeling
    • 3.5.3 Therapieresistente angststoornissen
    • 3.5.4 Stoppen met antidepressiva bij angststoornissen
    • 3.5.5 Integratie met andere behandelvormen
  • 3.6 Andere indicaties voor antidepressiva
    • 3.6.1 Eetstoornissen
    • 3.6.2 Premenstruele stemmingsstoornis
    • 3.6.3 ADHD
    • 3.6.4 Somatisch onbegrepen lichamelijke klachten, hypochondrie en somatoforme stoornissen
    • 3.6.5 Stoornissen in de impulsregulatie
    • 3.6.6 Chronische pijn
    • 3.6.7 Autismespectrumstoornis
    • 3.6.8 Vroegtijdige zaadlozing (ejaculatio praecox)
  • 3.7 Bijwerkingen
    • 3.7.1 Algemeen
    • 3.7.2 Centraal zenuwstelsel
    • 3.7.3 Hart en vaten
    • 3.7.4 Spijsvertering
    • 3.7.5 Urogenitaal stelsel en seksuele bijwerkingen
    • 3.7.6 Metabool en endocrien stelsel
    • 3.7.7 Ogen
    • 3.7.8 Bloed
    • 3.7.9 Huid
    • 3.7.10 Overige bijwerkingen en neveneffecten
  • 3.8 Interacties
    • 3.8.1 SSRI’s en SNRI’s
    • 3.8.2 Alcohol
    • 3.8.3 Overige interacties
  • 3.9 Speciale groepen
    • 3.9.1 Kinderen en jeugdigen
    • 3.9.2 Oudere patiënten
    • 3.9.3 Zwangerschap en borstvoeding
  • Literatuurlijst hoofdstuk 3
• 4. Stemmingsstabilisatoren
  • 4.1 Indicaties
    • 4.1.1 Inleiding
    • 4.1.2.1 Bipolaire stemmingsstoornissen
    • 4.1.3 Andere factoren van belang bij de indicatiestelling
  • 4.2 Onderzoek van de patiënt
    • 4.2.1 Inleiding
    • 4.2.2 Lithium
    • 4.2.3 Valproïnezuur
    • 4.2.4 Carbamazepine
    • 4.2.5 Lamotrigine
  • 4.3 Medicamenteuze behandeling
    • 4.3.1 De middelen
    • 4.3.2 De behandeling van de verschillende fasen van de bipolaire stoornis
  • 4.4 Bijwerkingen
    • 4.4.1 Lithium
    • 4.4.2 Valproïnezuur
    • 4.4.3 Carbamazepine
    • 4.4.4 Lamotrigine
  • 4.5 Interacties
    • 4.5.1 Lithium
    • 4.5.2 Valproïnezuur
    • 4.5.3 Carbamazepine
    • 4.5.4 Lamotrigine
  • 4.6 Speciale groepen
    • 4.6.1 Oudere patiënten
    • 4.6.2 Kinderen en jeugdigen
    • 4.6.3 Zwangerschap en lactatie
  • 4.7 Andere toepassingsgebieden van stemmingsstabilisatoren
    • 4.7.1 Borderlinepersoonlijkheidsstoornis
    • 4.7.2 Agressie
    • 4.7.3 Organisch psychosyndroom
    • 4.7.4 Verslaving
  • Literatuurlijst hoofdstuk 4
• 5. Antipsychotica
  • 5.1 Indicaties
    • 5.1.1 Inleiding
    • 5.1.2 Geregistreerde indicaties
    • 5.1.3 Schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen
    • 5.1.4 Manie, depressie en onderhoudsbehandeling bij bipolaire stoornissen
    • 5.1.5 Depressieve stoornis
    • 5.1.6 Psychotische stoornis door een middel/medicatie of een somatische aandoening
    • 5.1.7 Delirium
    • 5.1.8 Acute opwindingstoestanden
    • 5.1.9 Andere (off-label) toepassingsgebieden
  • 5.2 Behandeling
    • 5.2.1 De middelen
    • 5.2.2 Keuze van het middel
    • 5.2.3 Behandeling van schizofrenie, schizoaffectieve en schizofreniforme stoornis
    • 5.2.4 Combinatie met niet-medicamenteuze therapie
  • 5.3 Bijwerkingen
    • 5.3.1 Extrapiramidale bijwerkingen
    • 5.3.2 Overige centrale bijwerkingen
    • 5.3.3 Cardiovasculaire bijwerkingen
    • 5.3.4 Spijsverteringskanaal
    • 5.3.5 Urogenitaal stelsel en seksuele bijwerkingen
    • 5.3.6 Endocriene/metabole bijwerkingen
    • 5.3.7 Oftalmologisch
    • 5.3.8 Hematologisch
    • 5.3.9 Allergie/dermatologisch
    • 5.3.10 Lever
    • 5.3.11 Overdosering en intoxicatie
  • 5.4 Interacties
    • 5.4.1 Sedativa
    • 5.4.2 Cardiovasculaire middelen
    • 5.4.3 Anticholinerge middelen
    • 5.4.4 Lithium
  • 5.5 Speciale groepen
    • 5.5.1 Zwangeren
    • 5.5.2 Ouderen
    • 5.5.3 Kinderen en jeugdigen
    • 5.5.4 Bijwerkingen antipsychotica bij kinderen en jeugdigen
  • Literatuurlijst hoofdstuk 5
• 6. Middelen bij dementie
  • 6.1 Inleiding
  • 6.2 Cognitie verbeterende middelen
    • 6.2.1 Theorie
    • 6.2.2 Indicaties cognitie verbeterende middelen
    • 6.2.3 Farmacodynamiek en -kinetiek
    • 6.2.4 Behandeling
    • 6.2.5 Bijwerkingen
    • 6.2.6 Interacties
  • 6.3 Middelen bij neuropsychiatrische symptomen
    • 6.3.1 Theorie
    • 6.3.2 Niet-medicamenteuze behandeling van probleemgedrag
    • 6.3.3 Medicamenteuze behandeling van probleemgedrag
  • 6.4 Samenvatting
  • Literatuurlijst hoofdstuk 6
• 7. Middelen bij ADHD
  • 7.1 Indicaties
    • 7.1.1 Inleiding
    • 7.1.2 Stimulantia
    • 7.1.3 Alfa 2-adrenerge agonisten
    • 7.1.4 Atomoxetine
    • 7.1.5 Bupropion
    • 7.1.6 Indicaties bij ADHD en comorbiditeit
  • 7.2 Medicamenteuze therapie
    • 7.2.1 De middelen
    • 7.2.2 Overwegingen voor het starten
    • 7.2.3 Keuze van het middel, overwegingen bij therapieresistentie, switchen
    • 7.2.4 Begin van de behandeling
    • 7.2.5 Controles tijdens de behandeling
    • 7.2.6 Duur van de behandeling
    • 7.2.7 Combinaties van middelen
    • 7.2.8 Integratie met andere behandelvormen
    • 7.2.9 Stoppen/afbouwen
  • 7.3 Bijwerkingen
    • 7.3.1 Stimulantia
    • 7.3.2 Alfa 2-agonisten
  • 7.4 Interacties
    • 7.4.1 Stimulantia
    • 7.4.2 Alfa 2-agonisten
  • 7.5 Speciale groepen
    • 7.5.1 (Jong)volwassenen
    • 7.5.2 Ouderen
    • 7.5.3 Zwangerschap of kinderwens
  • Literatuurlijst hoofdstuk 7
• 8. Middelen bij verslaving
  • 8.1 Indicaties
    • 8.1.1 Inleiding
  • 8.2 Onderzoek van de patiënt
  • 8.3 Medicamenteuze behandeling
    • 8.3.1 De middelen
    • 8.3.2 Medicamenteuze opties per type verslaving
    • 8.3.3 Andere, niet-medicamenteuze behandelingen bij stoornissen in het gebruik van een middel
  • 8.4 Bijwerkingen
  • 8.5 Interacties
  • 8.6 Speciale groepen
    • 8.6.1 Zwangerschap en lactatie
    • 8.6.2 Jongeren
    • 8.6.3 Ouderen
  • Literatuurlijst hoofdstuk 8
• Register
• Colofon